Op deze pagina staan de objecten in/aan de Barbarossastraat in Nijmegen Oost:
Klik op het item wat u wilt zien voor directe toegang of scroll door alle artikelen van deze straat. Via het balletje met pijl rechts onderaan komt u hier weer terug (browsers in Windows).
Klik hier om terug te gaan naar de pagina Nijmegen Oost.
Kantoorgebouw Estel
Dit gebouw staat aan de Barbarossastraat.
Een lang verhaal, maar voor de liefhebbers zeker interessant. Ik zelf was ook verbaasd over wat er hierna geschreven wordt. Met name het feit dat dit skyline bepalende gebouw onder monumentenzorg staat.
Eerst was het 'Estel' daarna 'Royal Haskoning' en thans in ombouw naar superluxe appartementen en penthouses aan de Barbarossastraat. Op de foto nog in aanbouw, maar inmiddels opgeleverd. Tussendoor hebben de provincie Gelderland en de Rijkspolitie er ook tijdelijk kantoor gehouden.
In het wederopbouwplan van 1950 was de stuwwalrand bestemd voor de bouw van vijf woonflats. Hiermee werd een plastisch sterker sprekende stadsbegrenzing beoogd dan de rij 19de eeuwse herenhuizen aan de zuidzijde van de Barbarossastraat. Van de vijf geplande stervormige flats werden er in 1955-1956 twee gebouwd. Nadat de Nederlandse Hoogovens en het Duitse Hoesch in 1972 als staalconcern Estel verder gingen, verwierf deze nieuwe firma het terrein van de drie nog niet gebouwde sterflats. In plaats van de drie flats werd in 1974-1976 het hoofdkantoor van Estel gebouwd naar ontwerp van architect A. Bodon in samenwerking met J.H. Ploeger; beiden werkzaam bij het Amsterdamse bureau 'DSBV ingenieurs en architecten'.
Bodon kwam voort uit de vooroorlogse beweging van het Nieuwe Bouwen. In zijn werk hanteerde hij functionalistische uitgangspunten en maakte gebruik van de modernste bouwtechnieken. In het ontwerp hield Bodon rekening met de mogelijkheid om het gebouw uit te breiden met een vleugel aan de zuidoost-zijde (niet gerealiseerd). Kort na de oplevering kreeg het gebouw de Nationale en de Europese Staalprijs toegekend.
Toen staalconcern Estel uiteenviel, kwam het gebouw tijdelijk in handen van de provincie Gelderland, die er ambtenaren van het provinciehuis had gestationeerd. Ook de vroegere Rijkspolitie heeft er een tijd kantoor gehouden. De energiekosten bleken, doordat er een revolutionair verwarmingssysteem functioneerde, echter hoger dan die van alle kantoren in Gelderland tezamen. Zij zijn er ok die reden dan ook weer vertrokken. Sinds 1990 hield Ingenieurs- en Architectenbureau Royal Haskoning er kantoor. Dat architectenbureau is er inmiddels ook uit en verhuisd naar 52 degrees. Thans wordt het verbouwd naar genoemd luxe appartementengebouw
De buitenruimte is aangelegd naar ontwerp van Mien Ruys en Arend-Jan van der Horst. De inrichting is gerelateerd aan de opzet en het gebruik van het kantoor. Verdiepte parkeerterreinen aan de voorzijde worden vanaf de straat aan het zicht onttrokken door beukenhagen. Aan de achterzijde is de aanleg afgestemd op het weidse uitzicht over het rivieren- en polderlandschap. Kenmerkend zijn de heldere lange lijnen, de geometrische vormen, in de verharding opgenomen perken en de terrasvormige opzet met betonnen trappen en keermuren met geïntegreerde plantenbakken. De verdiepte en besloten kantoortuin aan de noord-oostzijde heeft een meer informele sfeer met vijver, niervormige perken, slingerpaden en houten vlonders. Het marmeren beeldhouwwerk 'kern, beweging en de relaties' van Peter van der Locht op het voorplein is een geschenk van de gemeente Nijmegen uit 1976. In hetzelfde jaar is het interieur verrijkt met een staalplastiek van Ernst-Hansing, een aluminiumreliëf van Els Kuipers-Binnendijk en het stalen plastiek 'gebroken muur' van Jan Mulder.
Het kantoorgebouw heeft een kruisvormig grondplan met vier vleugels en een terrasvormige opbouw in acht bouwlagen. De piramidale hoofdvorm wordt bekroond door een gesloten opbouw voor de technische installaties, waarop de naam 'HASKONING' in losse belettering (inmiddels verdwenen). De gevels ontlenen hun plasticiteit aan omlopen in de vorm van balkons voor glazenwassers en terrassen van wisselende grootte op de uiteinden van de vleugels. De stalen balustrades zijn voorzien van aluminium handlijsten en panelen en uitkragende plantenbakken (wit). De verdiepingshoge stalen gevelpuien (bruin) hebben gesloten borstweringen en ramen met zonwerend glas (bronskleurig). Het verwarmingssysteem is verwerkt in de stalen kokerprofielen van de raamstijlen. Omwille van het gewenste doorzicht loopt de buitenruimte onder een gedeelte van het gebouw door. Overigens is op de begane grond helder glas toegepast van vloer tot plafond.
De constructie bestaat uit een staalskelet op een onderbouw en rond een kern van gewapend beton. Voor zover de onderbouw aan de buitenzijde in het zicht komt, is het beton voorzien van grindtoeslag. Het staalskelet bestaat uit balken en kolommen op een raster van 2,5 x 2,5 meter. Deze modulaire structuur wordt op de begane grond ondersteund door een paddestoelconstructie: vier kolommen komen via gekruiste balken samen op zwaardere kolom met een rond buisprofiel. Hierdoor heeft de begane grond een hoge mate van transparantie, waardoor het zicht vanuit de stad op het buitengebied min of meer behouden blijft.
De plattegrond bestaat uit vier kantoorvleugels rondom een centrale ontvangsthal. De lichte hal fungeert als intermediaire ruimte tussen buiten en binnen. Dit effect wordt versterkt doordat het motief van trap annex muurtje met plantenbak terugkeert in in- en exterieur. Vanaf het voorplein leiden twee kastvormige tochtportalen (aluminium, rvs, glas) naar een metalen balie die als het ware uit de wit marmeren vloer oprijst. Links in de ontvangsthal wordt de directievleugel ontsloten via een dubbele liftschacht en een representatieve bordestrap van gevouwen staal. De dubbele liftschacht en de afgesloten trappenhuizen van de overige kantoorvleugels zijn gegroepeerd rondom een gezamenlijke wachtruimte rechts van de ontvangsthal. In alle vleugels zijn de werkkamers aan weerszijden van een middengang gesitueerd. Tussen de kamers en de gang zijn donker houten wandkasten geplaatst, die als het ware 'zweven' tussen de plint en de bovenlichten. Enkele kastdeuren zijn verplaatst van de kamer- naar de gangzijde.
Algemene voorzieningen als restaurant, bibliotheek, spreekkamers en vergaderzalen bevonden zich op de begane grond en in het souterrain. De twee ondergrondse verdiepingen zijn in hoofdzaak bestemd als parkeergarage. De toegepaste materialen (glas, staal, aluminium, hout, beton) zijn consequent doorgevoerd en zorgvuldig afgewerkt. In de detaillering van diverse interieurelementen vormt de afgeronde hoek een subtiel terugkerend motief.
Waardering:
Het kantoorgebouw is van cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van twee staalconcerns die fuseren en halverwege hun thuisbases een nieuw hoofdkantoor openen, dat opgevat kan worden als een gebouwde manifestatie van de technische innovatie in de staalbouw. Het met de Staalprijs onderscheiden gebouw legt een direct herkenbare relatie met het product van de oorspronkelijke opdrachtgever / eigenaar. Naast de vernieuwende bouwconstructie zijn de heldere ruimtelijke opzet, de relaties tussen binnen en buiten en de perfecte detaillering kenmerkend voor het werk van architect A. Bodon, in wiens oeuvre het Nijmeegse kantoorgebouw een belangrijke plaats inneemt. Door zijn zorgvuldige keuze voor kostbare materialen en kleuren met een zakelijk-chique uitstraling ontstijgt het gebouw de soberheid van veel naoorlogse kantoren. Mede hierdoor is het gebouw van belang voor de vaderlandse architectuurgeschiedenis. In zijn terrasvormige opzet vormt het gebouw een vanzelfsprekende voortzetting van de steile stuwwalhelling aan de rand van het centrum. Een voor Nederlandse begrippen unieke locatie waardoor het gebouw een prominente rol vervult in de skyline van Nijmegen.
Bij de aanleg van de, onder het gebouw doorlopende, buitenruimte heeft M. Ruys op inventieve wijze rekening gehouden met de opzet van het kantoor enerzijds, en (het open houden van) het weidse uitzicht over het rivieren- en polderlandschap anderzijds.
Omwille van een efficiënte bedrijfsvoering werd de kantoorindeling nadrukkelijk buiten de bescherming gehouden. De bescherming van het kantoor is hierdoor beperkt tot verschijningsvorm (exterieur), ontvangsthal, open trap naar directieverdieping en het trappenhuis. Van dit gegeven wordt met de ombouw naar appartementencomplex dankbaar gebruik gemaakt.
Het gebouw is ten tijde van "Royal Haskoning" en met uitzondering van bovenstaande, aangemerkt als gemeentelijk monument, welke status het nog steeds heeft. Dat is opmerkelijk met het oog op de overige bebouwing aan de Barbarossastraat, genoemde 19e eeuwse herenhuizen aan de overzijde, die geen enkele bescherming heeft. Die historische overige bebouwing aan de overzijde is wel beschermd stadsgezicht, welke status het Estelgebouw dan weer niet heeft.
Kantoorgebouw Estel geniet gemeentelijke monumentenbescherming van de gemeente Nijmegen, met bovengenoemde restricties.
datum foto: 1 juni 2017
bron foto: Paul Marsman©