Op deze paginana staan de objecten aan de Dennenstraat in Nijmegen West (Hees):
Klik op het item wat u wilt zien voor directe toegang of scroll door alle artikelen van deze straat. Via het balletje met pijl rechts onderaan komt u hier weer terug (browsers in Windows).
Klik hier om terug te gaan naar de pagina Nijmegen West.
Toen vroeger de kerken nog vol zaten, was er een bloeiend kerks leven buiten de erediensten. De rijke Roomse kerk liet daarvoor naast de kerk zelf en de pastorie, niet zelden ruime parochiehuizen bouwen. Zeg maar: het "clubhuis" van de kerk.
Op de foto betreft het voormalige parochiehuis met conciërgewoning van de parochie Sint Antonius Abt in Hees/Neerbosch aan de Dennenstraat waarvan de historie teruggaat tot de late Middeleeuwen.
Uit die periode resteert nog altijd het 'witte kerkje' aan de Dorpsstraat, ten westen van het Maas-Waalkanaal dat sinds de jaren twintig van de twintigste eeuw het oude Neerbosch in tweeën deelt. Het aan Antonius Abt gewijde witte kerkje werd op het einde van de veertiende eeuw gebouwd. Elders op deze site ga ik op dat kerkje dieper in.
Nadat het katholicisme zich vanaf de late achttiende eeuw weer openlijk kon manifesteren werd in 1826 een nieuwe katholieke kerk gebouwd, net als voorheen toegewijd aan de H. Antonius Abt. In 1839 werd bij deze zogeheten waterstaatskerk een pastorie gebouwd. Omdat de kerk op den duur te klein bleek te zijn, is in 1880 naar ontwerp van de bekende architect P.J.H. Cuypers aan de Dennenstraat de huidige kerk gebouwd. Het was B.J. Claase die het ontwerp leverde voor het aan de overzijde hiervan gelegen en op de foto zichtbare parochiehuis uit 1906. Blijkens de bouwcorrespondentie werd dit gebouw opgericht als een 'vergaderlokaal met woning voor een conciërge.
Van architect B.J. Claase is vooralsnog vrij weinig bekend. Toch moet hij een groot aantal panden in het laat negentiende- en vroeg twintigste-eeuwse Nijmegen hebben gerealiseerd. Het is bekend dat hij in 1915 in een herenhuis aan de Van Slichtenhorststraat woonde. In deze straat bouwde hij kort voor 1900 het dubbele herenhuis op de nrs. 2-4 en het ligt voor de hand dat hij ook zijn eigen huis en de spiegelbeeldig opgezette woning op de nrs. 6-8 ontwierp. Andere straten waar door hem ontworpen huizen zijn te vinden zijn de Groesbeekseweg en de Van Spaenstraat. Zijn meest bekende ontwerp is de Sint Jozefkerk aan het Keizer Karelplein (1908-1909). Verder was hij in Nijmegen opzichter bij de bouw van Nicolaas Molenaars Canisiuscollege aan de Berg en Dalseweg (1898-1900) en verbouwde hij in de eerste decennia van de twintigste eeuw een pand aan de Molenstraat. Buiten Nijmegen schiep Claase het raadhuis in Millingen aan de Rijn (1905) en verbouwde hij een klooster met toebehoren in Dussen (1905). Zijn ontwerpen tonen een ontwikkeling van traditioneel-historiserende vormen naar een voorzichtig rationalistische trant. De Sint Jozefkerk, welke elders op deze website al beschreven is, onderging invloeden van de romaanse en byzantijnse bouwkunst.
Het parochiehuis van de Antonius Abtparochie voerde hij uit in een vrij sobere trant met onder meer enige invloed van de chaletstijl. Dit laatste blijkt vooral uit het houten voorschot langs het bovenste deel van de topgevels en de toepassing van vensterluiken. De speklagen waarmee Claase de gevels verlevendigde vormen een echo van de laat negentiende-eeuwse Neorenaissance. Opmerkelijk zijn de onder een rondboog gevatte ingangsportiek met daarin een toegangsdeur met gehengen, en de torenachtige dakkapel met veelzijdige kap tussen de beide topgevels. De architect laat hier een combinatie zien van motieven die karakteristiek zijn voor de vroeg twintigste-eeuwse ontwikkelingen. Een variant hierop is zijn ontwerp voor genoemd raadhuis van Millingen dat een vergelijkbaar karakter heeft.
Omschrijving van het monument:
Parallel aan de Dennenstraat gelegen voormalig parochiehuis dat is opgetrokken in bruine baksteen in kruisverband en met enkelvoudige en driedubbele speklagen in oranje verblendsteen. De uitkragende plinten worden bedoor oranje profielsteen en hebben hardstenen hoekblokjes. Ter hoogte van de vensters zijn de plinten doorgestoken tot aan de hardstenen lekdorpels. Het bouwwerk bestaat uit bouwlaag en een zolderverdieping en heeft een samengestelde kap. Langs het voorste bouwdeel bevindt zich een schilddak met de nok evenwijdig aan de voorgevel en twee op het voorschild aansluitende steekkappen. Een haaks op de voorgevel gelegen schilddak steekt in op het achterschild. De dekking bestaat uit gesmoorde kruispannen met rode nok- en kepervorsten. Twee roodkeramische sierpirons markeren de nokeinden van het voorste dak. Hier bevindt zich tussen genoemde steekkappen een veelzijdige en torenachtige dakkapel met een dito tentdakje met piron. Langs de zijschilden bevinden zich driehoekige dakkapellen onder een zadeldak en dakkapellen met een lessenaarsdak. Diverse bakstenen schoorstenen. De voorgevel ter breedte van drie assen kent in het midden een onder een rondboog gevatte portiek met hoofdingang. Alhier een uit verticale houtdelen bestaande deur met smeedijzeren gehengen. De deur is opgenomen in een pui met enkelruits neven- en bovenlichten. Aan weerskanten van de portiek een venster met kruiskozijn en luiken. Hierboven bevat de linker topgevel een zoldervenster met afzonderlijke nevenlichten die half zo hoog zijn. In de rechter topgevel is een blind gevelveld met een in cementpleister beraapte afwerking en aan weerskanten twee smalle gevelsleuven. Aan de linker zijde van het bouwwerk bevindt zich rechts de voorgevel van de inpandige woning (nr. 108) met twee vensters met een kruiskozijn. Ze flankeren de woningingang. Naar achter toe bevat de gevel nog diverse gevelopeningen, in een wisselend formaat. Een siermetselwerkstrook vormt de gevelbeDe rechter zijgevel is vergelijkbaar gedetailleerd en bevat ter hoogte van het voorste bouwdeel drie kruiskozijnvensters als in de voorgevel. Verder ook hier naar achter toe nog diverse gevelopeningen in wisselend formaat, zowel ingangen als vensters.
Het interieur van het pand is niet bezocht.
Architectuurhistorische waarde:
In gave staat behouden gebleven voorbeeld van parochiebebouwing uit de vroege twintigste eeuw, vormgegeven in een traditionalistische trant door B.J. Claase, een in zijn tijd vrij bekende Nijmeegse architect die onder meer verantwoordelijk was voor de bouw van de Sint Jozefkerk aan het Keizer Karelplein. Het uit 1906 daterende pand werd uitgevoerd als een parochiehuis met conciërgewoning. Kenmerkend voor de traditionalistische vormgeving is de opzet met verblendstenen speklagen, vensters met kruiskozijnen, en een rondboogportiek. Door de toepassing van vensterluiken en dakoverstekken met houten voorschotten is aangesloten bij de chaletstijl waardoor het pand zich op een harmonieuze wijze voegde naar het eertijds nog landelijke en dorpse karakter van het betreffende gebied. Waardevol zijn verder de ingangspartij met een van gehengen voorziene toegangsdeur en het opmerkelijke veelzijdige torentje op het voorste dakschild. Zowel in de detaillering als in de hoofdopzet is het authentieke karakter goed herkenbaar gebleven.
Stedenbouwkundige waarde:
Het pand neemt door zijn markante verschijningsvorm met een dominant aanwezige kap, een torenachtige en veelzijdige dakkapel en een in hoofdzaak symmetrische voorgevel met oranjeverblendstenen speklagen, een rondboogportiek en twee topgevels een prominente positie in aan de Dennenstraat waardoor er sprake is van belangrijke situationele waarde. Hier vormt het object tezamen met nabijgelegen historische panden een wezenlijk onderdeel van de voor de Dennenstraat karakteristieke lintbebouwing. Tezamen met de vlakbij aan de overzijde van deze straat gelegen religieuze bouwwerken - waaronder de St.-Antonius Abtkerk - maakt het bouwwerk deel uit van een waardevol historisch ensemble.
Cultuurhistorische waarde:
Vanwege de oorspronkelijke functie als een parochiehuis met concien als typische uiting van het in de betreffende periode van de twintigste eeuw rijk bloeiende roomse leven in Nijmegen bezit het pand cultuurhistorische waarde. In deze betekenis vormt het object een illustratie van de historische ontwikkeling van de Sint Antonius Abtparochie die in het kielzog van de katholieke emancipatie in de loop van de negentiende en twintigste eeuw diverse nieuwe bouwwerken liet realiseren. Tezamen met het tegenovergelegen kerkgebouw en de overige parochiebebouwing is het onderhavige bouwwerk karakteristiek voor de historische infrastructuur van een parochie. In de opzet als 'een vergaderlokaal met conciërgewoning geeft het bouwwerk een goede indruk over de contemporaine ideeomtrent de uitvoering van een parochiehuis.
Dit voormalig parochiehuis is een door de gemeente aangewezen gemeentelijk monument.
datum foto: 6 maart 2016
bron foto: Paul Marsman©
Klik hier voor: "kerkelijke objecten, herdenkingsmonumenten en kerkhoven
Het gaat hier om de pastorie van de parochie van Sint Antonius Abt aan de Dennenstraat, als zondagse religieuse gewoonte van mij.
De pastorie bevindt zich vanaf de straat gezien aan de linkerzijde van de kerk.
De historie van de parochie Sint Antonius Abt in Neerbosch gaat terug op de late Middeleeuwen. Uit deze periode resteert nog altijd het 'witte kerkje' aan de Dorpsstraat, ten westen van het Maas-Waalkanaal dat sinds de jaren twintig van de twintigste eeuw het oude Neerbosch in tweedeelt (beschrijving (binnenkort) elders in de groep). Het aan Antonius Abt gewijde witte kerkje werd op het einde van de veertiende eeuw gebouwd en heeft een toren uit 1438. In 1591 is dit godshuis tengevolge van de Reformatie aan de katholieke eredienst onttrokken. Nadat het katholicisme zich vanaf de late achttiende eeuw weer openlijk kon manifesteren werd in 1826-1828 aan de Dennenstraat een nieuwe katholieke kerk gebouwd, net als voorheen toegewijd aan de H. Antonius Abt. In 1839 werd naast deze zogeheten waterstaatskerk de op de foto afgebeelde tegenwoordige pastorie gebouwd aan de Dennenstraat.
Omdat het kerkgebouw op den duur te klein bleek te zijn is in 1878-1880 naar ontwerp van de bekende architect P.J.H. Cuypers de huidige kerk rechts naast de pastorie gebouwd (beschrijving (binnenkort) elders op deze website).
De nieuwe pastorie werd in 1840 gebouwd. In 1848 vroeg pastoor Dominicus van Zeeland O.P. aan het gemeentebestuur vergunning voor het aanleggen van een parochiebegraafplaats. Kort hierna werd deze na de verkregen toestemming aan de noordzijde van de waterstaatskerk gerealiseerd, net ten zuiden van het tegenwoordige kerkgebouw (beschrijving (binnenkort) elders op deze website).
Waarschijnlijk heeft in 1840, tegelijk met de bouw van de nieuwe pastorie, de eerste wijziging van het terrein plaatsgevonden, want uit vergelijking van de kadastrale kaarten uit 1832 en 1892 blijkt dat de nieuwe pastoorswoning ter hoogte van genoemde kerkhoflocatie is gebouwd. Het grafterrein moet toen (deels) meer naar het westen toe zijn uitgelegd waarbij reeds begraven doden zullen zijn herbegraven. Toen in 1878-1880 het nieuwe kerkgebouw verrees is achter dit godshuis een nieuwe begraafplaats ingericht, hetgeen dan moet worden gezien als een uitbreiding van het reeds bestaande kerkhof.
Beschrijving pastorie:
Kubusvormig pand van twee bouwlagen, gedekt met plat dak dat aan de vier zijden hoge pannengedekte dakschilden heeft. De onversierde bakstenen voorgevel van vijf assen heeft in het midden een met natuursteen en stuc omlijste voordeur. Deze wordt geflankeerd door vlakke pilasters, eindigend in consoles die een kroonlijst dragen. Op de begane grond hoge vensters met T-kozijnen; de etage heeft lagere vensters met houten kruiskozijnen. Midden boven de smalle kroon- en gootlijst een dakkapel met driehoekig fronton. De hoeken van de voorgevel worden gevormd door smalle gestucte pilasters met verdiepte vakken versierd.
Waardering pastorie:
Goed voorbeeld van royaal opgezette buitenhuizen in klassicistische soberheid.
Van historisch belang als Dominikaner Statie in het Schependom van Nijmegen.
Deze pastorie vormt tezamen met de achter de kerk gelegen begrafplaats sinds 2012 één gemeentelijk monument. D.w.z. de begraafplaats is er als monument aan toegevoegd. De pastorie was in 1988 al aangewezen.
datum foto: 6 maart 2016
bron foto: Paul Marsman©
Klik hier voor: "kerkelijke objecten, herdenkingsmonumenten en kerkhoven
Dit staat aan de Dennenstraat in Hees-Neerbosch.
Het betreft een wit geschilderd, blokvormig pand van één bouwlaag. Gedekt met twee parallelle pannengedekte tentdaken die aan de straatzijde schuilgaan achter een dakschild.
De voorgevel is drie-assig, met in het midden een portiek met de voordeur en ter weerszijden een venster met afgeronde bovenhoeken. Boven de deur bevindt zich een verhoogde, gemetselde dakkapel met zadeldak en gezaagde houten daklijst. In de kapel is een groot venster met aangrenzend twee kleine zijramen ('melkmeisjes').
De zijgevel vier-assig.
Bouwjaar: 1868 (stenen in portiek: A.F. 1868; M.E.O. 1868).
Goed bewaarde boerenwoning van fraaie verhoudingen. Van belang als restant van de dorpsbebouwing van de Neerbossche Dennenstraat.
Dit woonhuis is een gemeentelijk monument,
datum foto: 1 mei 2017
bron foto: Paul Marsman©